Liever foto’s kijken? Klik dan hier!
Padangbai, Bali
Vandaag vertrekken we al vroeg met de scooter naar Padangbai om daar met de ferry richting Nusa Lembongan te gaan. De weg naar Padangbai is, eenmaal voorbij Ubud, vrij rechttoe rechtaan. De afstand is ook niet zo groot, maar we hebben al wel gemerkt in de afgelopen dagen dat de gemiddelde snelheid op Bali zo rond de 30 kilometer per uur ligt. Dit vanwege het vele verkeer op de wegen en omdat de wegen vrij smal zijn. Het is zo’n 50 kilometer dus we verwachten er een kleine 2 uur over te doen.
We zijn al gewaarschuwd door Mayo, een Javanees die we ontmoet hebben, dat ze ons bij Padangbai tickets voor een snelle boot gaan proberen aan te smeren en dat het het beste is om direct naar het loket te gaan om daar een kaartje voor de ferry te kopen. Eenmaal in Padangbai aangekomen snappen we ook precies wat hij daarmee bedoelde. De mensen roepen van alles naar je en sommige springen zelfs bijna voor je scooter om je maar te laten stoppen. Maar goed dat we nu al weten wat ze willen, zodat we gewoon door kunnen rijden naar de haven.
We kopen bij het loket een kaartje, helaas niet voor Lembongan maar voor Penida, want dat is de enige ferry die ze hebben. Vervolgens gaan we in de rij staan voor de ferry. Deze is inmiddels al aangekomen, maar nog niet leeg dus we zullen even moeten wachten. Gelukkig staan we in de schaduw, daar is het wel vol te houden. Na een kwartier mogen we dan. We parkeren de scooter en lopen de trap op naar boven om plaats te nemen op een harde kunststof stoel. Erg comfortabel is het niet, maar gelukkig is het maar een uurtje naar de haven van Nusa Penida.
Kelingking beach, Nusa Penida
Omdat we eigenlijk op Nusa Lembongan, de meest noordelijke van de drie eilanden, willen beginnen, gaan we op Nusa Penida eerst op zoek naar een boot naar Lembongan. Dit lijkt nog een heel probleem, vooral omdat we onze scooter mee willen nemen. Tussen de drie kleine eilanden is eigenlijk alleen klein bootverkeer, voor personen dus. Uiteindelijk sluiten we een deal en kunnen we de scooter meenemen in een 8-persoons bootje, ‘s avonds om 5u. Tot die tijd besluiten we om nog wat te bezichtigen op Nusa Penida.
We hebben gehoord dat Kelingking Beach prachtig is, dus daar gaan we eerst naartoe. Na één tot anderhalf uur over een vre-se-lijke weg komen we eindelijk bovenaan de cliff aan van dit prachtige strandje. Het levert inderdaad mooie foto’s op, dit witte strand met helder blauwe zee, in een baai omringt met bergen. Helaas hebben we al geen tijd meer om de stijle afdaling naar het strand te ondernemen. We proberen het wel, maar na een kwartier zijn we pas op een kwart van de afdaling, en de weg terug zal nog langzamer gaan… Met frisse tegenzin klimmen we dus maar terug naar boven. Volgende keer beter. Voor nu eerst op naar onze taxiboot.
Nusa Lembongan
Samen met de kapitein pakt Riny onze scooter op en zet hem in de boot. Het is maar een gek gezicht, zo’n geïmproviseerde waterscooter. Maar goed, een ervaring is het wel. We gaan er maar vanuit dat er in Nusa Lembongan wel een grote boot naar Bali vaart en we de scooter niet nog een keer hoeven in te laden. We arriveren aan de zuidkust van dit kleine eiland. We vragen even rond wat de beste plek is voor de zonsondergang en rijden in 3 minuten naar de westkust. Hier krioelt het van de mensen, en helaas is er vandaag ook weinig zonsondergang te zien. De zon verdwijnt niet in de zee, maar achter de wolken. Ach ja, morgen weer een dag. We zoeken onze vooraf geboekte homestay op en nemen een welverdiende douche. ‘s Avonds vinden we een leuk plekje waar we onder het genot van een goede film, in een zitzak kunnen dineren.
De volgende dag gaan we op ontdekking in Nusa Lembongan. We slapen aan de noordkust, dus we rijden richting het oosten, daar zijn we nog niet geweest. De wegen zijn hier gelukkig op de meeste plaatsen iets beter begaanbaar dan op Nusa Penida, maar helaas is er op het eiland niet zo veel te doen. Je kunt een boottocht maken door de mangroves in het oosten, en eigenlijk was dat het al wel. Toeristen liggen hier voornamelijk aan het strand of in de infinity pool van hun veel te dure resort.
Nusa Ceningan
Binnen 20 minuten zijn we bij de brug aan de zuidkust van het eiland, waarover je naar Nusa Ceningan kunt rijden. Dit is het kleinste eiland van de drie. Qua activiteiten is hier niet bijzonder veel te beleven maar het uitzicht is wel prachtig. De kleur van het heldere zeewater is op alle drie de eilanden waanzinnig, picture perfect. Als je dan ook nog op een hoge cliff staat is het helemaal prachtig. De vele schommels en infinity pools leveren ook instagram-waardige plaatjes op.
Eiland-problematiek
Helaas is het eiland niet alleen maar prachtig, maar hebben ze wel hun best gedaan om de problemen te verstoppen. Het grootste probleem op deze eilanden is het afval. In het midden van het eiland, waar bijna geen toeristen komen, is een grote vuilnisbelt waar ze tegen de avond het afval voor een groot deel proberen te verbranden. Het leuke van deze plekjes is wel dat je enthousiaste lokale kinderen tegenkomt, die weinig toeristen zien.
Ook de dieren hebben het niet best. De helft van de (vele!) kippen en hanen zit onder een rieten kap van zo’n 30 cm doorsnede. Er past letterlijk net 1 haan in, en die kan alleen om zijn eigen as draaien. De koeien hebben het niet veel beter. Zij staan vastgeknoopt aan een boom met een veel te kort touw. Meestal in hun eigen stront en zonder gras binnen bereik. Veelal staan de dieren in de brandende zon. Het enige positieve is dat jongen in ieder geval niet gescheiden worden van hun ouders.
Binnen één dag hebben we Leningan en Ceningan aardig gezien. We zien gelukkig nog een mooie zonsondergang op Lembongan, en de volgende dag gaan we op zoek naar een boot terug naar Bali. Dit hebben we misschien een beetje onderschat. Op heel Lembongan is slechts één boot die groot genoeg is om scooters mee aan boord te nemen, de publieke boot. Deze neemt de lokale bevolking en goederen mee van en naar het eiland. Het kost wat doorvragen voordat we kunnen achterhalen dat er überhaupt zo’n boot is, maar jammer genoeg vertellen ze ons bij de balie dat deze boot vandaag en morgen niet vaart, iets met een probleem met de kapitein ofzo. Wel hebben ze een andere optie om ons met scooter terug in Bali te krijgen, met een snelle boot. Daarvoor rekenen ze dan wel de hoofdprijs omdat het hoogseizoen is en er niet zoveel boten zijn, wordt er gezegd. 700.000 rupia is de vraagprijs, dat is net zoveel als waarvoor we de scooter een maand hebben gehuurd.
We kiezen er dus voor om dan maar terug te gaan naar Nusa Penida en daar gewoon weer de ferry te nemen. We houden er principieel namelijk niet zo van om afgezet te worden. We rijden terug naar de brug om een snelle boot naar Nusa Penida te vinden en gaan dan terug.
Eenmaal terug nemen we de kortste weg naar de ferry want we hebben geen idee hoe laat die vertrekt. Met een beetje geluk halen we hem nog precies. Als we de haven binnen rijden zien we hem liggen alleen gaat de laadklep net dicht. We rennen snel naar binnen, maar daar vertellen ze ons dat de ferry vandaag niet meer vaart. Blijkbaar is het een of andere feestdag. Omdat er zoveel mensen in de haven staan te wachten, vragen we het ook nog maar even na aan de bemanning van de ferry. Ook zij zeggen dat de eerstvolgende boot om 9 uur de volgende ochtend vertrekt. Dat is jammer, we zullen dus een nieuwe slaapplaats moeten vinden.
Nusa Penida; slapen in een boomhut
Dat gaat hier een stuk makkelijker dan je zou denken, want iedereen houdt je in de gaten en als ze ook maar denken dat ze je iets kunnen verkopen, dan komen ze naar je toe. Zo ook in dit geval.
We overleggen wat bij onze scooter, wanneer er een man aankomt die wel een plaats heeft voor ons om te verblijven, in een boomhut. Dat klinkt wel interessant dus we gaan kijken. Na een kort ritje waarbij we een steile berg oprijden, komen we aan bij de boomhutten. Na wat onderhandelen over de prijs parkeren we onze scooter en leggen de tas in de boomhut. Tijd om wat te gaan eten en daarna dit eiland verder verkennen.
Angel’s Billabong & Broken Beach
Twee dichtbij gelegen plaatsen hebben we hier nog niet gezien; Angel’s Billabong en Broken Beach, wat naast elkaar ligt en door iedereen wordt aangeraden. We waren even vergeten hoe de wegen hier ook alweer waren, maar daar worden we snel weer aan herinnerd. Na een uur lang stuiteren over losse keien en grindpaden komen we dan eindelijk aan. Broken Beach is een grote krater in het land waar op de bodem de zee wild tekeer gaat. Angels Billabong is een grote plas bovenop de rotsen die zo nu en dan gevuld wordt door hoge golven uit de zee. Wanneer de golven er niet bij kunnen staat het glasheldere water hier stil en kijk je er dwars doorheen alsof het er niet is. Het is een uitdaging om hier te komen, maar het is dan ook prachtig om te zien.
De nacht in onze boomhut is er een om niet te vergeten. Het hokje is niet heel groot en zit op een hoogte van een meter of 6. Het memorabele ervan is dat de hut net zo hard beweegt als de wind waait. Het lijkt soms wel alsof we op een schip zitten, zo ‘golven’ we heen en weer. Ook kraakt het aan alle kanten natuurlijk en voel je de wind ook binnen in het hutje. Er zijn een paar momenten geweest waarop we het idee hadden dat we met hutje en al neer zouden storten. Wel een bijzondere ervaring! ‘s Morgens krijgen we nog koffie en gebakken banaan van de vriendelijke man die ons deze hut heeft aangeboden en dan is het tijd om de boot te gaan halen.
Baby schildpadden vrijlaten in Bali
Na een kleine 3 uur komen we weer aan bij het huis van Made, waar zich weer wat nieuwe couchsurfers gesetteld hebben. Made heeft graag reizigers om zich heen om wat mee te ondernemen. Het weer is niet zo heel mooi, dus we besluiten om maar eens iets aan onze blogs te gaan doen. Verder heeft Made ook niet veel op de planning staan, dus dat komt mooi uit.
We zijn goed en wel een uur bezig wanneer we een appje krijgen van Made. Hij is op het strand en vertelt ons dat er over een uur babyschildpadjes worden vrijgelaten in de zee. Daar willen we graag bij zijn dus we springen op de scooter en vertrekken richting het strand. We komen aan bij een instelling die zich bezig houdt met het redden en behouden van schildpadden en ze vertellen volop over de schildpad.
Schildpadden leggen hun eieren op het strand en kijken er daarna niet meer naar om, het lot van de kleine schildpadjes ligt in hun eigen handen. Instinctief zullen ze na hun geboorte in de richting van de maan bewegen, wat inhoud dat ze over het strand naar de zee toe kruipen (dit is altijd het geval omdat moeder schildpad ook instinctief het juiste strand heeft uitgezocht om haar eieren te leggen, wat is dat toch gaaf als je er over nadenkt). Als ze eenmaal het water bereiken worden ze eerst nog enkele malen door de golven terug het strand op gespoeld, maar uiteindelijk zal het water ze meenemen en begint hun avontuur. Je ziet ze dan nog iedere 20-30 seconden hun kopje boven water steken om lucht te happen terwijl ze verder van het strand weg zwemmen. Ze zwemmen 60 uur non-stop om dieper water te bereiken. Na deze tijd zullen ze voor de eerste keer stoppen om te eten en eten dan ook alles wat ze tegenkomen, zelfs plastic. Veel schildpadden sterven doordat mensen de zee vervuilen met hun afval, zeker deze kleintjes. Iets om over na te denken wellicht als je de volgende keer op het strand zit en geen zin hebt om je weggewaaide chips zakje op te rapen ;).
Na al deze informatie krijgen we een briefje in onze hand gedrukt, geen idee waarvoor dat is maar we nemen hem maar gewoon aan. Enige tijd later blijkt dat iedereen met een briefje een bakje krijgt met daarin een baby schildpadje, om zelf vrij te laten op het strand. Wat gaaf! We halen ons bakje op en de medewerkers scheppen er voor ons een schildpadje in. Ze waarschuwen ons dat de schildpadjes erg sterk zijn en je het bakje dus goed af moet dekken met je hand. Als hij eruit klimt en op de grond valt is hij dood. Daarna gaan we met zijn allen (er worden er vandaag zo’n 400 tegelijk vrij gelaten) op een rij staan op het strand, zo’n 5 meter van het water. We gaan ze allemaal tegelijk vrijlaten, dan is voor hen de overlevingskans het grootst. Blijkbaar groeit er slechts 1 op de 1000 uit tot een volwassen schildpad. De rest wordt opgegeten, verdrinkt, komt vast te zitten in een vissersnet of eet plastic of iets dergelijks en sterft.
We krijgen nog een laatste waarschuwing. Als de golven de schildpadjes mee sleuren mogen we niet bewegen, omdat anders de kans groot is dat je een stap zet en er bovenop gaat staan. Pas als de golf weg is mogen we weer bewegen, uiteraard moeten we wel eerst goed kijken of er niet 1 voor onze voeten is blijven liggen. Iedereen gaat nu op zijn knieën op het strand zitten en dan tellen ze af. We kantelen voorzichtig onze bakjes en nu staan er ineens 400 baby schildpadjes op het strand, die niet goed weten wat ze moeten doen. Na een paar tellen begint echter hun instinct te werken en bewegen ze massaal naar het water toe, de een heel snel en de ander met wat meer moeite. Dan komt er een grote golf en zie je ze weggespoeld worden. Best zielig om te zien maar ze lijden er waarschijnlijk niets onder. Uiteraard zijn er ook een aantal toeristen die bang zijn voor natte voeten en gillend wegrennen. Het blijft toch lastig voor sommige mensen om te luisteren en eens niet aan zichzelf te denken. Als de golf weg is, is bijna het hele strand leeg en is de zee gevuld met kleine schildpadkopjes snakkend naar adem. Na enkele minuten zijn er bijna geen kopjes meer te zien en zijn ze dus allemaal begonnen aan hun grote avontuur. Hopelijk overleven een aantal van hen de reis. We hebben die van ons in ieder geval wat moed ingesproken, wie weet helpt het.
En al weer een stel mooie momenten meegemaakt. Gaaf zijn ze he die schildpadden. Wij hadden op Zakynthos de Carrera Schildpad maar daar vertelden ze hetzelfde… hoe ze leefden hoe moeder niet meer naar de eieren keek. Hoe ze snachts uit het ei kropen. Leuk leuk leuk. Enne Riny… het maakt jou echt niks uit he of je in een rok moet of niet (zie meeneemlijst vakantie Spanje hahahah) Tot de volgende Blog.
Hahahaha, dat heb je goed onthouden! Nee hoor mij maakt het niets uit. Ben van de week zelfs in een broek van Milou naar het restaurant geweest omdat de mijne nog niet droog waren van het wassen.
Maar die schildpadden zijn inderdaad echt heel erg gaaf! Zeker nu we zowel de kleintjes als de grote hebben gezien. De opvang in Bali was wel goed geregeld, maar op Gili Trawangan en Java hadden ze ook een opvang waar echt heel veel dode baby schildpadjes in de bak ronddreven omdat ze hier te lang in zaten zodat ze er geld voor konden vangen van de toeristen. Echt heel zielig en triest ook vooral dat er zo met dieren wordt omgegaan. De moeder kijkt er dan misschien niet meer naar om, maar om ze dan op te graven, winst uit proberen te maken en vervolgens dood laten gaan omdat ze net zo lang blijven zwemmen totdat ze dood zijn. Schandalig! Daar gaan we dus ook maar niet meer kijken.
Jullie horen snel weer van ons!